zaterdag 31 januari 2015

Barend Waterman (1693 -1735) en Cornelia van Kakum (1696-1751)

Ouders
Barend Waterman is een zoon van Barend Jansz Waterman (stuurman) en Leuntje Jansdr van der Jacht. Hij is op 8 november 1693 in Middelharnis gedoopt.
Cornelia van Kakum is een dochter van Steven Willemsz  van Kakum (stuurman) en Pietertje Bastiaans Visscher. Zij is op 30 september 1696 in Middelharnis gedoopt.

Jeugdzonde
In 1713 werd Barend Barendsz Waterman ervan beschuldigd dat hij 'libellen of soogenaamde pasquillen' in het diaconie-zakje zou hebben gestoken om predikant Nicolaas Magerus te bespotten. Baljuw Kip heeft Barend gedagvaard, maar Barend liet verstek gaan. Zijn vader schreef een brief aan de Leenmannen van Middelharnis omdat hij wilde voorkomen dat de baljuw een kostbare en onaangename procedure zou beginnen. Zijn 'ootmoedelijk' verzoek was om de zaak 'composibel' te verklaren.(1)  Barend heeft ten overstaan van de kerkenraad toegegeven dat hij het geschrift had gemaakt. De baljuw heeft hem een boete van 70 ducatons opgelegd. De kerkelijk straf was enige tijd censuur, dat wil zeggen dat Barend van het avondmaal werd uitgesloten.

Huwelijk en kinderen
Barend en Cornelia trouwden op 27 januari 1715 in Middelharnis. Ze waren 21 en 18 jaar oud. Op 28 februari 1716 is Jan Waterman gedoopt; op 25 april 1717 Steven (hij is voor 1723 overleden); op 29 januari 1719 Ariaantje, op 17 mei 1723 Steven en op 24 februari 1726 Pieter.

Bedreiging van baljuw Kip en de Halsheren
Na het overlijden van Ds. Magerus in april 1718 ontstond er verschil van mening tussen de ambachtsheren en de gegoede burgerij over de benoeming van een opvolger. Ook Barend Waterman deed weer van zich spreken.
Uit de maand mei van het jaar 1718 dateert een tweede incident, eveneens met een religieuze achtergrond. Het gebeuren werd in september 1722 opgetekend. Barend woonde toen niet meer in Middelharnis. 
Schout en schepenen van Middelharnis verklaarden zich nog goed te herinneren dat op een avond een groot rumoer op de straten is gehoord en dat er een 'confluentie' van mensen voor het huis van baljuw Kip stond. Barend Waterman en nog twee of drie anderen dwongen de baljuw en de in zijn huis aanwezige Halsheren onder vele bedreigingen om een verklaring te ondertekenen. Ze wilden afdwingen dat een predikant met de naam Lomis in Middelharnis zou worden aangesteld. De aanwezigen hebben onder druk hun handtekening gezet. Ze zijn de toezegging niet nagekomen omdat ze met geweld gedwongen waren om te tekenen. Waterman en de zijnen zijn (door de fiscaal alhier zijnde) verhoord en gedagvaard voor het Hof van Holland.(2)


Barend Waterman's leven nam een verrassende wending: hij werd predikant.

Predikant in Liefkenshoek
Barend Waterman werd door de classis Voorne en Putten als proponent toegelaten. Hij werd beroepen als predikant in het Zeeuwse Fort Liefkenshoek op 29 maart 1729 en bevestigd op 22 juni 1729. De classis Tholen en Bergen op Zoom keurde zijn benoeming goed nadat hij met goed gevolg een examen had afgelegd over de tekst Romeinen 5:1. 
Wij dan, gerechtvaardigd zijnde uit het geloof, hebben vrede bij God, door onzen Heere Jezus Christus
In 1731 is hij beroepen in Hoek, maar dit beroep heeft hij niet geaccepteerd.
Barend Waterman probeerde in 1732 vissers en ventjagers uit Middelharnis over te halen om naar Veere te verhuizen. Zijn zwagers Bastiaan en Willem van Kakum hebben hier, voor zover bekend, als enigen gehoor aan gegeven.


De Zeeuwse forten Lillo en Liefkenshoek.
Detail van Ferrariskaart, gemaakt tussen 1781-1787

Overlijden van Barend Waterman, vertrek van Cornelia naar Veere
Barend is op 19 mei 1735 in Liefkenshoek overleden, 41 jaar oud. Cornelia bleef met vier kinderen achter, de oudste was negentien en de jongste negen jaar oud. Haar huis in Fort Liefkenshoek heeft ze op 10 augustus 1736 verkocht aan de nieuwe predikant.
Cornelia is op 7 februari 1739 als lidmaat in Veere ingeschreven. Haar beide broers Bastiaan en Willem van Kakum en hun gezinnen woonden al in Veere. Ze is hier op 6 februari 1751 begraven.
Adriana Waterman is op 28 januari 1738 als lidmaat in Veere ingeschreven en Steven op 1 februari 1747.



Bronnen:
J.M.G. Leune. Lillo en Liefkenshoek, de geschiedenis van twee Scheldeforten, 1585-1786. Brussel, 2006, deel 2,  repertorium. Volg  deze link: Repertorium Lillo en Liefkenshoek
Marco Kuiper Vissers en ventjagers, de visserij van Middelharnis gedurende de achttiende eeuw. Leiden, 2011. 45-48
Genealogie Cor Koene Cornelis van Kakum
www.zeeuwengezocht.nl

1. Rechterlijk Archief Middelharnis, inv. nr. 25, fl. 50, 30 november 1713. Een pasquil is een schotschrift. Composibel verklaren betekent dat de zaak open staat voor een juridische schikking.
2. idem, inv. nr. 26, 15 september 1722
Zie voor beide kwesties ook: . J.L. Braber. Historie Nederlands Hervormde Kerk Middelharnis, p. 74-77.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten